donderdag 27 december 2012

Ik ben weg

'Unaniem geprezen door de Franse en Nederlandse pers', dat is te lezen op de achterflap van de vertaling van het Franse boek Je m'en vais van Jean Echenoz. De roman won in 1999 ook nog de prix Goncourt. Ik ben weg is zeker bijzonder, met name de stijl van Echenoz valt op. Er is een verteller die tegen de lezer praat, en weergeeft wat hij vindt. Zoals bijvoorbeeld het begin van hoofdstuk 28: Persoonlijk begin ik een beetje genoeg te krijgen van die Baumgartner. Het verhaal is overzichtelijk en origineel. De ontknoping zou in een thriller niet misstaan. De Nederlandse vertaling is niet altijd even soepel leesbaar, maar dat kan ook aan de opbouw van de schrijver liggen. Ik ben er toch niet helemaal weg mee. 

3/5

woensdag 26 december 2012

De rode loper

In de boekhandel waar ik het boek kocht, zeiden ze: 'Ik ben benieuwd wat u er van vindt. Het is namelijk heel anders dan zijn andere boeken'. Dat klonk niet echt als een aanbeveling maar een echte Thomas Rosenboom kenner ben ik niet. De rode loper heb ik desalniettemin met veel plezier gelezen. 
Het verhaal speelt zich af op vertrouwd terrein: Arnhem en omgeving, waar meer boeken van Rosenboom zich afspelen. De personages uit het boek hebben iets herkenbaars, ze zijn tamelijk hulpeloos en besluiteloos en lijken karikaturen. De roadie Lou, de mooie maar stille en verlegen Lena, de degelijke Riet en de journalist-met-regenjas Eddie, de besluiteloze ambtenaar Vonk van Zevenaar. De situatie waarin ze zitten is verre van spannend. Zo is de band (Shout) waar Lou het geluid verzorgt een net-niet groep; de grootste verdienste is een matig optreden in het voorprogramma van The Golden Earring. Het boek beslaat tientallen jaren en de verschillende levensfases van Lou en Eddie worden op een mooie manier aan elkaar geweven. Wat opvalt is dat er veel herhalingen in het verhaal zitten. Verschillende woorden, zinnen, beelden en ook titels van liedjes komen telkens terug. Rosenboom heeft met De rode loper een mooi en toegankelijk verhaal geschreven dat uit vele lagen bestaat.

4/5

zondag 23 december 2012

Drie slechte schaatsers

Drie slechte schaatsers is een mooi klein boekje, eigenlijk meer een kort verhaal van nog geen 50 pagina's. De eerste zin is eenvoudig, maar vond ik erg mooi: "Terwijl in Nederland de Elfstedentocht werd verreden, smeerde hij op het strand van Tel Aviv zijn zoontje in met zonnebrandolie". Het boek geeft mooi de sentimenten van een koude winter weer, de gezelligheid bij de kachel, stamppot eten, schaatsen, ingepakt in warme kleding op straat. De drie slechte schaatsers, dat zijn de 3 personages uit het verhaal: Pieter, Elleke en hun zoontje Wouter. Pieter en Elleke zijn gescheiden, maar het lijkt alsof ze nog heel veel om elkaar geven. Door het schaatsen worden ze op een bijzondere dag samengebracht, het lijkt geen toeval te zijn. De spanning of ze elkaar weer in de armen sluiten, wordt in de weinige pagina's verrassend goed opgebouwd. Of het einde happy is? Je zou het willen, maar het blijft open. Liefde is niet eenvoudig, Tim Krabbé verwoordt het prachtig.

3/5

zaterdag 22 december 2012

De man zonder ziekte

De titel van Grunbergs laatste roman is wat verwarrend, de man zonder ziekte... De man die niets onder de leden heeft, is Samarendra die zichzelf liever Sam noemt. Zijn volledige naam is te Indiaas; zijn vader is een Indiër die zich gevestigd heeft in het georganiseerde Zwitserland. Sam is architect en ambitieus, en zijn ambitie brengt hem in grote problemen. Als hij denkt voor een ontwerpwedstrijd naar Bagdad af te reizen, blijkt niks wat het lijkt en zijn weldoener wordt tot overmaat van ramp vermoord. Sam wordt gearresteerd zonder paspoort op het moment dat hij onder valse voorwendselen bij een controlepost belandt. Na dagen(?) eenzame opsluiting en ontberingen helpt het Rode Kruis hem uit de problemen. De mishandelingen laten zijn sporen na, duidelijk zichtbaar in de vorm van een scheve neus, maar ook onzichtbaar voor de buitenwereld. Nina, zijn vriendin, krijgt er nieuwe rituelen bij zoals het over haar partner heen plassen. Bij een tweede reis naar het Midden-Oosten gaat het fout als Sam een ongeluk krijgt na een feestje waar hij gedronken heeft. Het ongeluk is in scène gezet, en leidt weer tot opsluiting. In Dubai zijn ze beschaafder dan in Bagdad, maar dat blijkt niet voldoende voor een terugreis naar Zwitserland. Het einde is vreselijk en tergend langzaam heb ik de laatste 40 pagina's gelezen. Ik wilde het vonnis niet weten, de advocaat lijkt niet te vertrouwen, alles wringt en lijkt duister, zelfs de keurige dame van de Zwiterse ambassade. Jammer dat het uit is. Ik ben gaan geloven in Sams onschuld (ook al maakt hij toespelingen op een dubbelleven) en ik geloof dat ik stiekem gehoopt had op een ... happy end. De situatie waarin Sam belandt wordt door het Parool superieur absurdisme genoemd, nou, dat is het zeker. Lekker leesbaar en verrassend boek.

4/5

vrijdag 21 december 2012

Bleu blanc rouge

Bleu blanc rouge is een handzaam boekje dat de lezer meeneemt op reis door Frankrijk; en dat in 80 vragen. De onderwerpen zijn zeer divers (Franse literatuur, politiek, volksaard, de Franse keuken, het chanson ...) en de antwoorden niet zelden verrassend. Zonder de antwoorden prijs te geven, hier een paar vragen die Bart van Loo beantwoordt : Wat was de bijdrage van componist Rossini aan de Franse gastronomie?, Hoeveel glazen pastis kun je het best drinken?, Zijn alle Fransen chauvinistische patriotten?
Uber-francofiel van Loo heeft veel kennis over Frankrijk en weet deze kennis op een originele manier over te brengen, maar het is soms een beetje te flauw, te vergezocht en de vele informatie een beetje overdadig.

2/5

dinsdag 4 december 2012

Dit zijn de namen

Een nieuw boek van Tommy Wierenga, dat is verplichte kost want na Joe Speedboot ben ik fan. 'Dit zijn de namen' heeft me wederom niet teleurgesteld. Het boek leest als een trein en vooral het heftige verhaal van de groep verwilderde vluchtingen is angstaanjagend mooi. Er wordt heel weinig prijsgegeven over de groep; hoe ze heten, wie ze zijn, waarom ze vluchten, wat ze achterlaten: het blijft vrijwel onbekend. De mens en zijn overlevingsdrang, de uitholling van lichaam en geest, Wierenga heeft het knap verwoord. Naast de dolende vluchtelingen is er een rol weggelegd voor de politiecommissaris Beg, een wat uitgebluste man van middelbare leeftijd die naast zijn werk niet zoveel meer heeft in zijn leven, geen grote levensdoelen, weinig vrienden of familie; zijn huishoudster is zijn enige houvast. Tot hij op een dag de oude rabbijn uit de gemeente ontmoet en gefascineerd raakt door het Jodendom. Hij ontdekt waar zijn roots liggen en leest onder begeleiding van de rabbijn de geschriften die hem aangereikt worden.
De twee verhalen komen bij elkaar op het moment dat de uitgehongerde vluchtelingen de stad binnenzwalken waar Beg de dienst uitmaakt. De man die af en toe bruut uit de hoek kan komen bekommert zich om de jongste vluchteling en geeft hem de kans om toch aan zijn lot te ontsnappen. Het einde van het verhaal maakt de cirkel rond, maar het einde vond ik niet het sterkste deel van het boek. Daarom:

4/5